SV | Toen spraken de kinderen van Jozef tot Jozua, zeggende: Waarom hebt gij mij ten erfdeel maar een lot en een snoer gegeven, daar ik toch een groot volk ben, voor zoveel de HEERE mij dus verre gezegend heeft? |
WLC | וַֽיְדַבְּרוּ֙ בְּנֵ֣י יֹוסֵ֔ף אֶת־יְהֹושֻׁ֖עַ לֵאמֹ֑ר מַדּוּעַ֩ נָתַ֨תָּה לִּ֜י נַחֲלָ֗ה גֹּורָ֤ל אֶחָד֙ וְחֶ֣בֶל אֶחָ֔ד וַֽאֲנִ֣י עַם־רָ֔ב עַ֥ד אֲשֶׁר־עַד־כֹּ֖ה בֵּֽרְכַ֥נִי יְהוָֽה׃ |
Trans. | wayəḏabərû bənê ywōsēf ’eṯ-yəhwōšu‘a lē’mōr madû‘a nāṯatâ llî naḥălâ gwōrāl ’eḥāḏ wəḥeḇel ’eḥāḏ wa’ănî ‘am-rāḇ ‘aḏ ’ăšer-‘aḏ-kōh bērəḵanî JHWH: |
Toen spraken de kinderen van Jozef tot Jozua, zeggende: Waarom hebt gij mij ten erfdeel maar een lot en een snoer gegeven, daar ik toch een groot volk ben, voor zoveel de HEERE mij dus verre gezegend heeft?
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen spraken de kinderen van Jozef tot Jozua, zeggende: Waarom hebt gij mij ten erfdeel maar een lot en een snoer gegeven, daar ik toch een groot volk ben, voor zoveel de HEERE mij dus verre gezegend heeft?
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!